Vers van ’t land - vrijdag 9 juli 2021 - door Suzanne
Yes! Alle verse ‘loken' zijn weer beschikbaar: van verse zomerui, bossjalot tot bosknoflook en bosprei. Wat hebben ze gemeen? En hoe haal je het meeste uit je ‘alliums’?
Alle ui-achtigen bevatten het zwavelhoudende stofjes allicine. Vandaar de term ‘allium’, ui achtige. Dit stofje komt vrij na het kneuzen/snijden van de ‘loken’ (tranende ogen!) maar verdwijnt goeddeels bij verhitting. Als je om gezondheidsredenen alliumsoorten kiest, voeg je de Allium het beste pas vlak voor het opdienen (rauw) toe aan je maaltijd.
Allicine is een natuurlijk antibioticum dat in je spijsverteringsweg alles wat het tegen komt stevig desinfecteert, beginnend bij je keel- en mondholte. Knoflook en alle soorten uien werken dus antiviraal en antibacterieel. Maar bovenal geven alle alliums smaak aan je eten!
Gebruik je verse ui-achtigen mét loof het eerst: het blad verdroogt snel. Verse alliums waar het loof al vanaf is, zijn daarna in de koelkast nog zo’n dag of vijf te bewaren. Langer dan dat, en ze kunnen gaan schimmelen.
Vanaf de herfst komen de uien van het land die zich meer lenen voor lange bewaring. Die ken je van de winterse maaltijden, en bewaar je zelf in schuur, kelder, of donkere pot op kamertemperatuur. Probeer dat niet zelf met zomeruien; zonde van die sappige verse smaak!
Verse uien bevatten relatief veel vitamines B en C. Ze zijn een bron van mineralen als calcium, fosfor, magnesium, koper, ijzer en zink.